CEMP: Processen naar toelatingen duren langer

image

De CEMP Coöperatie heeft ook in 2023 weer successen behaald, maar processen om middelen toegelaten te krijgen of te behouden voor de sector Bomen, Vaste planten en Zomerbloemen, duren wel langer, zo meldt LTO Nederland.

Het aantal beschikbare goed werkende gewasbeschermingsmiddelen wordt steeds minder en zal naar de toekomst alleen maar minder worden. Voor kwekers wordt het daardoor een steeds grotere uitdaging om gezonde en sterke gewassen te kweken. De CEMP coöperatie is in 2018 opgericht en heeft tot doel om voldoende (gewasbeschermings) middelen voor de boomkwekers, vaste planten kwekers en zomerbloementelers beschikbaar te houden waarmee gezonde en sterke bomen, struiken, heesters, planten en zomerbloemen worden geteeld die aan de hoge kwaliteitseisen van de afnemers voldoen in gezonde en weerbare teeltsystemen. Er wordt ingespeeld op nieuwe ontwikkelingen in het middelenpakket, waar mogelijk in combinatie met het verder verduurzamen van de teelt en het verder verlagen van de milieulast. De Coördinator Effectief Middelen Pakket (CEMP) vervult hierbij een belangrijke rol. De CEMP wordt hierbij ondersteund door de CEMP adviescommissie, die bestaat uit kwekers van alle gewasgroepen en uit onafhankelijke teeltadviseurs. Naast het middelenpakket is een belangrijk onderdeel van de CEMP de toepassingstechniek, inclusief de knelpunten en wettelijke regels. De CEMP coöperatie is opgericht door de LTO vakgroep Bomen, Vaste Planten & Zomerbloemen, Stichting Belangenbehartiging Greenport Boskoop, Tree Centre Opheusden, Coöperatieve Vereniging Treeport Zundert en Boomteeltstudieclub Horst aan de Maas. Daarnaast zijn diverse individuele kwekers lid van de CEMP Coöperatie. 

Peter van 't Westeinde is sinds 2015 de Coördinator Effectief Middelen Pakket (CEMP) voor de sector. Hij legt uit dat de toelatingshouders alijd niog eerst naar de grote geassen kijken. "Dat is gezien de arealen natuurlijk het meest economisch aantrekkelijk. Daarna kijken toelatingshouders of uitbreiding van de toelating nog mogelijk is naar kleine gewassen. Voor de toelating door het Ctgb is een gewas ‘groot’ als het om meer dan 5.000 ha gaat. Daaronder is het een klein gewas. Voor alle gewassen in de sector kunnen we afzonderlijk een toelating aanvragen. De kosten werden tot nu toe betaald vanuit het Fonds Kleine Toepassingen, maar dat is nu leeg. Het fonds was onder andere gevuld met oud PT-geld, dus geld dat in het verleden door kwekers is betaald aan het Productschap Tuinbouw. In het verleden kwam een derde van het fonds uit de sector, een derde van de overheid en een derde van de toelatingshouders. Het Ministerie van LNV zet nu samen met LTO een nieuw fonds op. LNV zal weer een derde betalen, de sector ook – oftewel de CEMP Coöperatie. En hopelijk ook alle toelatingshouders die verenigd zijn in CropLife NL (voorheen Nefyto). Elke aanvraag voor een middel moeten we wel goed wegen. Is het middel nodig? Zijn de kosten van een NLKUG (Nationale Uitbreiding Kleine Toepasingen)  het waard?” Het aanvragen van een NLKUG kost ruim genomen €20.000. De CEMP Coöperatie kan en mag van de aangesloten organisaties bijdragen in de kosten; Ze proberen ook nog de bloembollensector te laten bijdragen.

Een uitbreiding naar kleine gewassen kost nu meer dan vroeger en de processen duren langer. 'Dat komt ook", zo zegt Van 't Westeinde, "doordat de capaciteit bij het Ctgb nog steeds te weinig is. Daar kunnen we weinig aan doen. Ik begrijp dat kwekers vragen waarom bijvoorbeeld Mizuki nog steeds niet is toegelaten. Aan de andere kant: een aanvraag voor een middel in de fruitteelt kunnen we, zonder dat er aanvullend onderzoek nodig is, 1-op-1 meenemen voor de vruchtbomen. Maar zelfs dat gebeurt nog niet altijd.”

 

Bron: LTO NEDERLAND